Het Brussels Gewest dient de aanvraag in tot UNESCO-erkenning van het stangpoppentheater en het bloementapijt van Brussel als ​ immaterieel cultureel erfgoed

© Kabinet Ans Persoons
© Kabinet Ans Persoons

Ans Persoons, staatssecretaris voor Stedenbouw en Erfgoed kondigt aan dat op haar initiatief de Brusselse Regering haar akkoord gegeven heeft voor het indienen van twee dossiers voor het bekomen van een erkenning door Unesco tot Immaterieel Cultureel Erfgoed. het Brussels gewest vraagt dat de tradities van de stangpoppen en van het bloementapijt in Brussel beschermd worden. De kandidatuur van het bloementapijt, sluit ook aan bij het internationale dossier getiteld “De vergankelijke kunst van het creëren van bloementapijten en andere arrangementen met natuurlijke materialen” waarbij België samenwerkt met Spanje, Italië, Malta en Mexico.

"Brussel is wereldberoemd omwille van zijn art-nouveauschatten, maar kent ook heel wat immaterieel erfgoed. Deze zitten boordevol folklore en vormen de identiteit van Brussel. Van de marionettenvoorstellingen met stangpoppen in het Theater van Toone tot het indrukwekkende bloementapijt op de Grote Markt, miljoenen mensen van over de hele wereld komen vandaag naar Brussel om deze tradities te ontdekken. Het is dan ook onze plicht om dit spektakel te bewaren, te promoten en door te geven, en ze door UNESCO te laten erkennen als Immaterieel Cultureel Erfgoed," zegt Ans Persoons, Brussels Staatssecretaris voor Stedenbouw en Erfgoed.

Erkenningsprocedure

In het kader van de Conventie ter Bescherming van het Immaterieel Cultureel Erfgoed die in 2003 door UNESCO werd aangenomen, heeft urban.brussels in de afgelopen jaren twee kandidatuurdossiers voorbereid voor de Representatieve Lijst van het Immaterieel Cultureel Erfgoed van UNESCO. Deze zullen tegen eind maart ingediend worden bij UNESCO in het kader van de kandidatuur van België voor 2024 en de beurtrol die dit jaar Brussel wordt toebedeeld.

Het Theater van Toone (sinds 2018) en het bloementapijt (sinds 2020) staan al op de inventaris van het Immaterieel Erfgoed van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. ​ Deze gewestelijke erkenning is een noodzakelijke stap voor de indiening van een kandidatuur. Deze dossiers worden gesteund door de erfgoedgemeenschap, veel actoren in de Brusselse folklore en een divers publiek, en zij houden rekening met de ethische aspecten van de conventie van 2003 en de bijbehorende aanbevelingen.

Het Belgische dossier over de traditie van de stangpoppen zal ingediend worden door de Permanente Delegatie van België bij UNESCO, terwijl het internationaal dossier over het bloementapijt ingediend zal worden door Spanje en ondertekend zal worden door alle Permanente Delegaties bij UNESCO die lid zijn van de Conventie en deel uitmaken van het initiatief: België, Spanje, Malta, Italië en Mexico. Beide dossiers worden eind maart afgeleverd bij UNESCO met het oog op een mogelijke nominatie in december 2025.

"Als Brussel zo gewaardeerd wordt door zijn bezoekers, dan is dat ook omwille van zijn tradities en bijzonderheden. Dit geldt in het bijzonder voor de traditie van de stangpoppen en het bloementapijt, die het ten volle verdienen om erkend te worden voor de aantrekkingskracht die ze vertegenwoordigen voor onze stad, de Europese hoofdstad," zegt Philippe Close, burgemeester van de Stad Brussel.

 

Het Theater van Toone

Het dossier van het marionettentheater werd drie jaar geleden opgestart door urban.brussels met de bedoeling om de Brusselse identiteit, de streektalen, de inclusiviteit en het niet-commerciële aspect te benadrukken. Voor alle duidelijkheid: er wordt gevraagd om de traditie van de stangpoppen te beschermen, en niet specifiek het Theater van Toone.

Historisch gezien is de traditie van de stangpoppen in Brussel een oude volkse theatertraditie die ontstond uit de reizende kermistheaters die in heel Europa toerden sinds de Renaissance. Deze was nog zeer populair in de 19de eeuw. Er waren toen meerdere gezelschappen, maar sinds 1963 gaat het enkel nog over het Theater van Toone.

Het speciale kenmerk van de pop is de "stang", een metalen stang die door het hoofd van de marionet loopt en twee haken aan de uiteinden vormt. De stang dient om de marionet te laten bewegen door verschillende delen van zijn lichaam aan te sturen. Een goed getraind team van 6 poppenspelers laat de poppen bewegen, verscholen achter een verhoogd scherm. Het vereist een aanzienlijke fysieke inspanning om ritme en precisie aan de bewegingen te verlenen. De poppenspelers volgen de stem van de spelleider, die de rol van alle karakteristieke personages op zich neemt waarbij hij de intonaties van zijn stem varieert. Het repertoire, vaak parodiërend, is geïnspireerd op ridderromans, bijbelse episodes, duivelverhalen en populaire romans uit de 19e eeuw.

De Brusselse poppentraditie, die in de jaren 1960 met uitsterven werd bedreigd, bleef bewaard dankzij de oprichting van de vzw Theater van Toone in 1969 die de beoefenaars een belangrijke zichtbaarheid bezorgt. Het theater geeft vier voorstellingen per week en trekt een trouwe schare bezoekers aangevuld met de vele bezoekers en het culturele dynamisme in de zone die als UNESCO Werelderfgoed geklasseerd is. Met meer dan 30 voorstellingen op het repertoire zijn de voorstellingen zeer divers en blijven ze zichzelf steeds opnieuw uitvinden. De poppen worden bestudeerd, gerestaureerd en geïnventariseerd en het theater krijgt steun van een aantal instellingen.

"De stangpop in Brussel vertegenwoordigt vier eeuwen volkstraditie. Het is een kunst die fundamentele waarden bevordert zoals onderwijs voor iedereen, vrijheid van meningsuiting, sociale cohesie en de banden tussen de generaties," legt Nicolas Géal, bekend als Toone VIII, directeur van het Koninklijk Theater van Toone, uit.

De vergankelijke kunst van het bloementapijt

Dit dossier, bijna 10 jaar geleden opgestart door de vereniging ‘Coordinadora Internacional de Entidades de Alfombristas de Arte Efímero’ in nauwe samenwerking met de Brusselse vereniging ‘Tapis de fleurs’, werd in 2022 overgenomen door het Spaanse Ministerie van Cultuur.

Historisch gezien ontstond deze traditie in de 14e eeuw, in landen rond de Middellandse Zee, zoals Spanje, Malta en Italië, gekoppeld aan de viering van Corpus Christi-processies, en sommige zijn er vandaag de dag nog steeds mee verbonden. In Mexico worden ze ook gemaakt als onderdeel van andere religieuze festivals gewijd aan Maria-Hemelvaart, de aartsengel Michael en Christus Koning. In België is het monumentale bloementapijt op de Grote Markt in Brussel, dat 50 jaar geleden ontstond, een tweejaarlijks sociaal en cultureel evenement in het weekend van 15 augustus, en houdt het niet direct verband met religieuze feesten, maar wel met de bloei van de begonia's.

De eerste bloementapijten in België dateren al van 1952, maar het duurde tot 1971 vooraleer er op de Grote Markt voor het eerst een vergankelijk begoniakunstwerk te zien was. Dat gebeurde op initiatief van het College van Burgemeester en Schepenen van de Stad Brussel en van de Beroepsvereniging voor de Vlaamse Sierteelt en Groenvoorziening (AVBS). Sindsdien werden er maar liefst 21 bloementapijten gerealiseerd. Voor elke editie wordt een specifieke creatie ontworpen door de leden van de vzw “Bloementapijt van Brussel” en door een grote gemeenschap van vrijwilligers uit heel België en zelfs uit de hele wereld.

Het tapijt, dat aangelegd wordt tegenover het Stadhuis, meet 70 op 24 meter en komt in minder dan acht uur tot stand. Het ontwerp beslaat in totaal 1.680 m². Er zijn ongeveer 300 bloemen per m² nodig, dus in totaal meer dan 500.000 begonia’s. Soms worden ook enkele dahlia’s gebruikt, als er te weinig begonia’s zijn, en het geheel wordt aangevuld met gras en andere natuurlijke materialen. Een muzikale compositie begeleidt regelmatig de creatie van het tapijt. Om de twee jaar verplaatsen 150.000 tot 200.000 personen zich om het Bloementapijt op de Grote Markt te gaan bekijken.

"Door bij UNESCO de erkenning van de historische traditie van het bloementapijt op de Grote Markt als immaterieel erfgoed aan te vragen, verzekeren we een rijke en levende erfenis voor toekomstige generaties en bevestigen we de unieke positie van België op het culturele wereldtoneel", zegt Delphine Houba, Schepen van Cultuur van de Stad Brussel en Voorzitter van de vzw Tapis de Fleurs de Bruxelles.

Nils Quintelier

Woordvoerder, Kabinet Staatssecretaris Ans Persoons

Carole Poncin

Woordvoerster, Kabinet Burgemeester Philippe Close

 

 

Over Ans Persoons

Brussels Staatssecretaris voor Stedenbouw en Erfgoed, Europese en Internationale Betrekkingen, Buitenlandse Handel en Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp

VGC-Collegelid voor Cultuur, Jeugd, Sport & Gemeenschapscentra

Contact

Koning Albert I laan 37 1030 Brussel

02 517 12 00

[email protected]

www.anspersoons.be