UNESCO erkent de Belgische en Franse kermiscultuur als immaterieel cultureel erfgoed
Woensdag 4 december 2024
Ans Persoons, Brussels staatssecretaris voor Stedenbouw en Erfgoed, en urban.brussels, de Brusselse administratie belast met erfgoed en initiatiefnemer van het dossier, maken bekend dat de “kermiscultuur” die we kennen in België en Frankrijk sinds vandaag officieel is opgenomen op de Representatieve Lijst van Immaterieel Cultureel Erfgoed van UNESCO. Dankzij deze erkenning wordt de kermiscultuur voortaan aanzien als een dynamisch, levend en reizend erfgoed en worden de sociale, culturele en artistieke tradities van de foorkramers in stand gehouden. Belangrijker nog, zo wordt ervoor gezorgd dat er nog generaties lang plezier beleefd kan worden op de botsauto's, spookhuizen, reuzenraden, lunaparken en vele andere attracties die in ons geheugen gegrift staan.
"De kermiscultuur is een traditie die van generatie tot generatie wordt doorgegeven. Ik ging als kind naar de kermis in het dorp waar ik opgroeide, en nu ga ik naar erheen met mijn eigen kinderen. Foorkramer zijn, betekent ook vaak een familiezaak runnen. Erfgoed gaat over veel meer dan gebouwen. Het gaat ook over onze - steeds evoluerende - gewoontes en tradities koesteren, en de kermiscultuur is een perfect voorbeeld van dit levende erfgoed. Bovendien lust elke Belg graag smoutebollen.” verklaart Ans Persoons, Brussels staatssecretaris voor Erfgoed.
“De UNESCO-erkenning van vandaag is niet het einde van een avontuur, maar een begin. Om onze kermiscultuur voor toekomstige generaties te waarborgen, gaan we nu een internationale werkgroep oprichten. Zo kunnen we de verschillende initiatieven en maatregelen coördineren en ook andere landen aanmoedigen om zich bij ons initiatief aan te sluiten. We zijn ons bewust van de verantwoordelijkheid die de inschrijving met zich meebrengt. Met veel enthousiasme zullen blijven we samenwerken met universiteiten voor onderzoek naar de kermiscultuur. En we blijven gemeenten en overheden ook op alle niveaus blijven sensibiliseren, zodat er altijd een plaats is voor kermissen in onze samenleving”, zegt Steve Severeyns, voorzitter van de vzw Verdediging der Belgische Foorreizigers.
Levend erfgoed
De kermiscultuur heeft zijn wortels in de middeleeuwse tradities van reizende acrobaten en showmannen, die meereisden met de kermissen. De kermis zoals we die vandaag kennen ontwikkelde zich pas echt aan het einde van de 19e eeuw, met zijn eetkraampjes, kansspelen en draaimolens die een feestelijke vaste waarde werden in steden en dorpen. De kermiscultuur is een levend en dynamisch erfgoed dat zich blijft heruitvinden, maar waarbij tegelijkertijd wel aan tradities vastgehouden wordt.
Dit erfgoed belichaamt een reizende manier van leven. Het is de uitoefening van een uniek beroepen, bedoeld om een breed publiek te vermaken. Door kermissen naar het hart van steden en dorpen te brengen, brengt de kermis echter nauwe samenwerkingsverbanden tot stand met lokale overheden en gemeenschappen. Kermisgemeenschappen hebben in de loop van de geschiedenis blijk gegeven van een grote veerkracht door zich voortdurend aan te passen aan veranderingen in hun dagelijkse leven.
“Ik ben blij dat de kermiscultuur is opgenomen in de lijst van immaterieel erfgoed van de mensheid. Dat draagt bij tot de instandhouding van deze cultuur en tot de erkenning van de plaats en de rol van de kermisgemeenschap in onze samenlevingen. Deze 5de inschrijving, gezamenlijk voorgedragen door Frankrijk en België, getuigt van de uitstekende samenwerking tussen onze twee landen op het vlak van de bescherming en promotie van immaterieel erfgoed,” aldus Xavier Lapeyre de Cabanes, de Franse ambassadeur in België.
"Het is ontzettend belangrijk om ook ons immaterieel erfgoed te eren en beschermen voor toekomstige generaties. In een wereld waarin alles voortdurend verandert, zijn kermissen grotendeels hetzelfde gebleven: ze blijven plekken waar écht iedereen samenkomt en zich kan amuseren. Zowel in grote steden als in kleinere gemeenten is het een vaste traditie waar mensen elk jaar naar uitkijken. Met de erkenning door UNESCO als immaterieel cultureel erfgoed zorgen we ervoor dat die traditie nog vele jaren kan worden doorgezet", zegt Caroline Gennez, Vlaams minister voor Cultuur.
Familiebedrijven
In Frankrijk telt de kermisgemeenschap meer dan 100.000 mensen en 40.000 bedrijven, terwijl in België ongeveer 850 familiebedrijven ongeveer 7.000 kermismensen verenigen. Meer bepaald telt de kermisgemeenschap in België ongeveer 330 familiebedrijven in Wallonië, 75 in Brussel en 440 in Vlaanderen. Hun niet-sedentaire levensstijl bevordert familiale cohesie, solidariteit en de intergenerationele overdracht van een verscheidenheid aan vaardigheden. De foorkramers maken zich ambachten, kunsten, technieken en taal eigen.
Mannen en vrouwen leven er nauw samen en hebben zeer uiteenlopende taken en vaardigheden. Kermisexploitanten houden hun vaardigheden ook in stand door praktische opleiding op het terrein en mondelinge overlevering. Passende onderwijsfaciliteiten, zoals reizende scholen en gespecialiseerde kostscholen zoals die in Etterbeek, stellen hen ook in staat om een formele opleiding te volgen.
Kermissen zijn toegankelijk voor een breed publiek en trekken elk jaar duizenden bezoekers. In België behoren de kermissen in Brussel, Luik en Antwerpen tot de grootste van het land, maar de kermis verplaatst zich ook naar kleinere dorpen voor korte periodes. In Frankrijk behoren de ‘foire du Trône’ en de kermissen van Rijsel en Straatsburg tot de bekendste kermissen. Kermissen zijn een verbindende factor voor veel mensen, die reikhalzend uitkijken naar de komst van de kermis om samen te komen met familie en vrienden.
“De erkenning door de UNESCO van de kermiscultuur op de Representatieve Lijst van het Immaterieel Cultureel Erfgoed van de Mensheid is een bron van grote trots voor de Federatie Wallonië-Brussel en voor heel België. Kermissen, met hun kleuren, geluiden, tradities en vermogen om te verbazen, vertegenwoordigen een unieke culturele rijkdom die generaties overspant. Ze smeden banden tussen jong en oud, tussen traditie en moderniteit, en dragen bij tot de levende identiteit van onze regio's. Deze inschrijving is een erkenning van de deskundigheid en creativiteit van kermisgemeenschappen”, zegt Elisabeth Degryse, minister-president van de Federatie Wallonië-Brussel.
“De kermiscultuur is een levend voorbeeld van creativiteit, ondernemerschap en tradities die al eeuwenlang van generatie op generatie worden doorgegeven. Ze maakt deel uit van onze gedeelde geschiedenis en identiteit. Als minister van Cultuur en Toerisme in de Duitstalige Gemeenschap ben ik blij dat dit unieke erfgoed nu over de hele wereld wordt erkend. We zien de toekomst met vertrouwen tegemoet en zijn vastbesloten om ons cultureel erfgoed te blijven promoten en beschermen. Samen zullen we ervoor zorgen dat de 'kermiscultuur' in de komende jaren blijft bloeien en levend blijft voor toekomstige generaties,” stelt Gregor Freches, minister van Cultuur en Toerisme van de Duitstalige Gemeenschap.
Een Belgisch-Frans dossier
Het 19de Intergouvernementele Comité voor de Bescherming van het Immaterieel Cultureel Erfgoed, dat van 2 tot 7 december bijeenkwam in Asunción (Paraguay), heeft vandaag, op 4 december 2024 de inschrijving goedgekeurd van de kermiscultuur in Frankrijk en België op de Representatieve Lijst van het Immaterieel Cultureel Erfgoed van de Mensheid. Ter herinnering: op 29 maart 2021 is de aanvraag tot opname van de kermiscultuur in de Representatieve Lijst van het Immaterieel Cultureel Erfgoed van de Mensheid overhandigd aan de UNESCO ambassadeurs te Parijs.
Dit project werd gedragen door het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en urban.brussels, de Brusselse administratie belast met erfgoed, in naam van alle deelgebieden van België en Frankrijk, in samenwerking met de ministeries van Cultuur en Erfgoed van de twee landen. Het is een voorbeeld van Europese samenwerking, waarbij onder meer de Verdediging der Belgische Foorreizigers, kermisgemeenschappen en hun vakbonden, het Musée des arts forains in Parijs of verenigingen zoals Le Petit Cheval de Bois in Frankrijk en het Musée de Saint-Ghislain in België nauw betrokken waren.
Het is ook het eerste internationale dossier over immaterieel erfgoed dat werd opgesteld door het Brussels Gewest en urban.brussels, de administratie cultureel erfgoed, waarbij zij optreden voor alle deelgebieden van België. Aangezien deze traditie veel verder reikt dan onze twee landen, is het zeer waarschijnlijk dat nieuwe landen zich bij het initiatief zullen aansluiten, na nationale erkenning, om dit gemeenschappelijk erfgoed te promoten.
Het immaterieel cultureel erfgoed
Immaterieel cultureel erfgoed verwijst naar gewoontes, kennis en praktijken van vandaag, die mensen van vroeger hebben gekregen en willen doorgeven aan toekomstige generaties. Deze tradities worden in de vormen van liederen, festivals, ambachten of rituelen voortdurend opnieuw gecreëerd.
Op de Representatieve Lijst van het Immaterieel Cultureel Erfgoed van de Mensheid van UNESCO vertoont diversiteit van dit erfgoed aantonen en het bewustzijn van het belang ervan vergroten.
De Representatieve Lijst van het Immaterieel Cultureel Erfgoed van de Mensheid van UNESCO bevat momenteel 611 elementen uit 140 landen. Voor België staan er bijvoorbeeld al tradities als de Biercultuur, de Garnaalvisserij te paard in Oostduinkerke of het Carnaval van Binche op deze lange lijst. Dit jaar zal het comité 63 kandidaturen uit 90 landen beoordelen.
Link naar het dossier en de Unesco-pagina: Dossiers 2024 en cours - patrimoine immatériel - Secteur de la culture - UNESCO